Hoe mijn trauma’s begonnen
Lang geleden leefde ik een gelukkig leven. Een gelukkig bestaan waarin ik oprecht kon genieten van dingen. Ik ging naar school, werkte, sprak af met vrienden, ik leefde mijn leven zoals het hoorde. Ook al vond ik school niet leuk, toch ging ik er soms wel graag naar toe. Ik zat op het Wellant College en als ik ergens een grote voorliefde voor had dan waren dat dieren. Dus bijna elke dag na schooltijd was ik in de stallen te vinden. Knuffelend met de konijnen, cavia’s, chinchilla’s, kippen en hamsters. Maar mijn grootste liefde waren de cavia’s en konijnen.
Het andere stuk waardoor ik school niet leuk vond, kwam omdat ik erg gepest werd. Terwijl ik uit de les naar mijn kluisje liep lachte mensen me uit, gingen pootje haken zodat ik viel en ze riepen nare dingen naar mij toe. Eenmaal bij mijn kluisje aangekomen zie ik dat er met sleutels woorden in zijn gekrast. ”Downie”, ”hoer”, ”slet”, ”kutwijf”. Het is me altijd bij gebeleven. Nee, school was daarom niet mijn favoriete plek. In de stallen voelde ik me veilig, maar daarbuiten voelde ik me klein, alleen en kreeg ik het gevoel alsof ik verdronk in mijn verdriet. Ik besloot dat ik er iets mee moest, dit kon niet langer zo.
Ik besloot naar de schoolmaatschappelijkwerker te gaan, om daar mijn verhaal te doen. Ik kreeg daar heel wat gesprekken. Ik had nog nooit over mijn problemen gepraat, altans niet zo inhoudelijk. Tuurlijk wisten de leraren en mijn ouders wel dat ik gepest werd, maar er heel diep over praten deed ik nooit. En nu moest ik wel. Soms luchtte het op om je verhaal tegen iemand te delen die je begrijpt en er voor je is. Dat miste ik gewoon echt. Maar vaak was het voor mij ook erg moeilijk om erover te praten, want het was een trauma. Al wist ik op dat moment nog niet echt wat trauma’s inhielden.
In mijn laatste jaar op het middelbaar(zo rond mijn 16e) liep ik een volgend trauma op. Ik werd achterna gezeten door inbrekers. Ik schreeuwde het uit. MAMAMA!!!!! en rende zo vlug ik kon naar binnen voordat de inbrekers over de schutting waren gesprongen. Mijn hart zat in mijn keel. Politie stond al gauw bij ons thuis. Ik kon het allemaal al niet meer volgen. Vanaf daar ging het mis.
Ik begon met automutileren, werd doorgestuurd naar de GGZ. Waar ik al gauw de diagnose autisme en dysthyme stoornis(depressie) kreeg. Daar zat ik dan als hulpeloos meisje in het begin van de mallemolen van de GGZ. Met geen idee wat ik moest verwachten, met geen idee wat er gebeurde en met geen idee wat ik ermee moest. Autisme, het voelde als een opluchting, voor dat waar ik al zo lang vermoedens bij had. Ik was niet raar of anders, ik dacht en ervaarde dingen gewoon anders en daar was niks mis mee, want dat was ik. Ik ben eenmaal wie ik ben en ik voelde me opgelucht dat het beestje nu eindeijk een naam had.
Inmiddels zat ik in de eerste klas van het MBO, maar daar gingen mijn problemen van kwaad tot erger. Ik kon niet meer concentreren. Ik kon niet meer functioneren, Ik was niks meer dan een lappenpop die op automatische piloot door het leven ging. De trauma’s hadden me kapot gemaakt. Er eigenlijk steeds meer achterkomend dat ik eigenlijk nog veel meer trauma’s had. Maar de woorden ptss zijn nooit genoemd.
En toen kwam er een dag die ik nooit zou vergeten. Ik had een ouder gesprek met mijn behandelaar. Ik verstopte mijn doekjes met bloed in een tasje zodat mijn ouders het niet zouden ontdekken.Mijn moeder ontdekte dat ik automutileerde door een moeder van een vriendin van mij, ze vond min doekjes met bloed die ik in een tasje verstopte. Mijn moeder maakte zich grote zorgen en nam het mee naar mijn behandelaar om haaar zorgen te uiten. er was hulp nodig en die kwam. Mijn behandelaar schrok ervan en niet veel later werd ik opgenomen. Opname….dood eng , want ik wist niet wat ik moest verwachten. Moest ik echt gelijk gaan en mijn koffers gelijk pakken, wat kon ik verwachten. Als ik ergens niet tegen kon was het wel onduidelijkheid. Wat bleek dat dat van mijn autisme vandaan kwam. Een opname, mijn eerste opname…..wat zou het me brengen?
Heftig hoor
Zeker heftig ja maar een boek hoort ook een beetje spannend en heftig te zijn.
Knuffel van mama en papa